Ook paradijsvogels hebben hun schaduwkant
Marjan is een bekende kleurrijke verschijning in Rooi
SINT-OEDENRODE- Elke stad of dorp heeft wel een kleurrijk persoon die opvalt door de bijzondere kleding of een andere levensstijl. Mensen die wat eigenzinnig zijn of op een andere manier afwijken van het gewone dagelijkse doen en laten. Veel mensen in Rooi kennen Marjan Tünnissen van haar dagelijkse wandelingen en fietstochten in strakke felgekleurde outfits. Ze lijkt een paradijsvogel, maar achter het fraaie plaatje en de grote glimlach schuilt een aandoenlijk verhaal.
Het was even afwachten of Marjan zou verschijnen op de ’s avonds nog laat gemaakte afspraak voor een interview. Het is ook niet niks om jezelf bekend te maken aan een groter publiek. Maar iets later dan afgesproken wandelt ze richting de ontmoetingsplek. Ze noemt zich Marjanneke. In het dorp circuleren ook bijnamen van haar. Ze zegt zich niet te herkennen in een omschrijving als paradijsvogel. “Ik trek gewoon aan wat ik mooi vind en ik hou van kleuren”, zegt ze stellig. “Ik zie mezelf niet anders dan de rest."
Geboren en getogen in Eerde
Marjan komt uit een gezin met drie kinderen. Haar ouders hadden een winkel waarin naast kruidenierswaren ook allerlei andere producten werden verkocht zoals klompen, textiel en verf. Ze heeft veel meegewerkt in de zaak, vooral in de weekenden. Omdat de zaak wordt weggeconcurreerd door de grotere supers besluiten haar ouders café/zaal ’t Hooghuys te. Beginnen. “Vijf jaar werkte ik daar mee achter de bar, maar toen werd het tijd om de feestzaal te bedienen. Ik heb daar zoveel plezier gehad”, herinnert Marjan zich. “Ik hou van feestjes en op het eind van de avond liep ik altijd de polonaise mee”.
Keten op school
“Ik ging naar de mavo in Veghel, maar was vaak in ’t Overstapje (café, red.) te vinden. Dat werd dus geen schoolsucces. Mijn ouders vonden het beter om mij in een internaat te plaatsen. Dat was echt een hel voor me. Op zondagavond kreeg ik altijd enorme buikpijn”.
Gelukkig mocht Marjan na drie maanden het internaat verlaten. Ze ging naar de leao en vertelt dat de leraren het daar niet makkelijk hadden met hun groep. “Het was vaak keten en het leven van de leraren zuur maken. Als ik iets moet, dan ga ik me daartegen afzetten”, zegt Marjan. Nadat ze voor de opleiding was geslaagd heeft ze 3 jaar bij Prijsslag in Schijndel gewerkt en daarna toch weer thuis in de winkel.
Geen makkelijk leven
Achter de ogenschijnlijke olijkheid gaat wel een treurig verhaal schuil. Thuis waren er veel spanningen door onderlinge conflicten. Marjan voelde zich ook vaak vernederd en gekwetst. Zo ernstig dat zij verschillende keren geen uitweg meer zag en haar leven wilde beëindigen. Ook de verdeling van de erfenis veroorzaakte grote zorgen. Toen haar moeder door veel stress op jonge leeftijd overleed zorgde Marjan voor haar overgebleven vader. Ze is zo lang mogelijk bij hem gebleven. Na zijn dood werd het café verkocht en in 2000 verhuisde Marjan met haar vriend Gary naar Sint-Oedenrode. Hij was haar steun en toeverlaat. Langzaam maar zeker krabbelde Marjan uit een diep en donker dal.
Fietsen, wandelen en buurten
“Ik heb lang niets gekund en was zo blij dat ik weer naar buiten kon”, zegt Marjan. “Daarom ben ik heel veel gaan wandelen en fietsen. Dagelijks tochten van 3 tot 8 uur. Ik weet overal de weg. In Nijmegen kom ik niet meer, want daar ben ik een keer zo hard afgedaald… Van al die tochten word ik vrolijk. Ook kom ik veel mensen tegen en ik vind het heerlijk om te buurten. Ik ben trots op dat ik er weer bovenop ben gekomen.”
Veel aandacht voor een fraai uiterlijk
Marjan ziet er veel jonger uit dan haar leeftijd van 63 jaar doet vermoeden. Haar lange haren wapperen in de wind en altijd draagt zij felgekleurde en strakke kleding. Ze weet dat ze wordt bekeken en geniet ook van die aandacht. “Zo leuk als iemand snel wegkijkt als ik langskom of als ze naar me fluiten”, gniffelt ze. Om af te vallen en op gewicht te blijven eet ze dagelijks vijf ons groenten en veel fruit. Ook helpen medisch specialisten wat mee om de boel strak te houden. “Maar ze hoeven echt niet jaloers op mij te zijn”, zegt Marjan. Iedereen maakt wel wat mee in zijn leven, maar wat ik allemaal te verduren heb gehad, dat hebben er niet veel.”
Een drankje hoort erbij
Marjan is vaak te zien bij de lokale horecagelegenheden. Daar hoort dan altijd een drankje bij. ‘Ze spuugt er niet in’, om zomaar een uitdrukking te gebruiken. “Thuis drink ik nooit, alleen in het café”, zegt ze. “De laatste tijd ga ik om 22.00 uur op pad en blijf dan tot sluitingstijd. Daar vind ik het altijd wel gezellig. Ik tref het vaak heel goed. Maar in de coronatijd heb ik 16 maanden niks gedronken. Marjan geeft haar leven een 8. Ze kan er best van genieten. Ze zegt: “Oud worden hoeft voor mij niet persé. Als mijn einde nadert, dan ben ik er klaar voor.”