'We hebben samen onze toekomst in handen'

VEGHEL – “We kennen ze niet allemaal, maar we zijn ze allemaal iets verschuldigd”. Dat was de rode draad in de toespraak die burgemeester Kees van Rooij zondag hield tijdens de 76ste herdenking van de bevrijding. Ze, zijn de militairen die in de Tweede Wereldoorlog hun leven gaven voor onze vrijheid.

De bevrijding werd herdacht met een kranslegging bij het monument aan de Kolonel Johnsonstraat in Veghel. In verband met de coronamaatregelen was het sobere herdenking die werd bijgewoond door de Amerikaanse ambassadeur Pete Hoekstra. Aan de herdenking verleenden het Sint Barbara Gilde, Harmonie Frisselstein en de Bernadetteschool hun medewerking.

Hard gevochten

“In en om Veghel is op verschillende plekken hard gevochten, zijn slachtoffers gevallen, zijn woningen, kerken, molens en boerderijen vernield, is vee omgekomen, sloegen mensen op de vlucht, ging infrastructuur verloren. In en om Veghel getuigen verschillende monumenten nog van deze gebeurtenissen. Opdat wij niet vergeten,” aldus burgemeester Van Rooij.

Van Rooij herdacht ook de inwoners van Meierijstad die de afgelopen decennia om het leven kwamen bij verschillende vredesmissies.

Indachtig de herwonnen vrijheid in 1945 legde de burgemeester een link met vandaag, nu we door de coronapandemie in een bijzondere tijd verzeild zijn geraakt. Datzelfde deed hij tijdens de dodenherdenking op 4 mei toen de lockdown werd vergeleken met de situatie in de Tweede Wereldoorlog.

Dat is democratie

“In mijn optiek kan ik dat niet genoeg benadrukken dat de huidige situatie voor een groot deel ligt aan ons, aan hoe wij met dingen omgaan. Het ligt aan mij, aan u, aan ons: hoe wij de discussie aangaan, hoe we ons gedragen. Houden wij een monoloog zonder oog te hebben voor andere standpunten, sluiten we elkaar bij voorbaat uit, overtuigd van ons eigen gelijk? Of staan we open voor elkaar, gaan we met elkaar in gesprek en zijn we bereid naar elkaar te luisteren? We hoeven het uiteraard niet met elkaar eens te zijn, dat is democratie, maar belangrijk is wel dat we met elkaar in gesprek blijven en dat we aan anderen –jong en oud- laten zien dat we samen onze toekomst in handen hebben. Ik denk dat we dat onze bevrijders verschuldigd zijn.”